Blog

Woningcorporatie aanbestedingsplichtig

18/06/2021

Woningcorporatie aanbestedingsplichtig

Op 9 juni jl. verzond de Europese Commissie[1] (hierna Commissie) een met redenen omkleed advies waarin zij bezwaar maakt tegen de Nederlandse wetgeving waarin woningcorporaties niet als aanbestedende dienst worden aangemerkt. Volgens de Commissie moeten woningcorporaties als publiekrechtelijke instelling beschouwd worden die binnen het toepassingsgebied van de geldende EU-richtlijnen inzake overheidsopdrachten vallen. Dat maakt dat ook de bepalingen uit die richtlijnen volledig op de woningcorporaties van toepassing zijn.

Meer concreet is de Commissie van oordeel dat Nederland Richtlijn 2014 / 23 / EU[2] en Richtlijn 2014 / 24 / EU[3] schendt. Het is volgens de Commissie vooral de zogenaamde transparantieverplichting die wordt geschonden. Op grond van de transparantieverplichting moeten woningcorporaties aanbestedingen publiceren, zodat alle bedrijven een gelijke kans hebben om deel te kunnen nemen.

De aankondiging van de Commissie kende een langere aanloopperiode. Al in 2001 had het Hof van Justitie van de Europese Unie over een Franse zusterorganisatie van een Nederlandse woningcorporatie geoordeeld dat het een publiekrechtelijke instelling betrof. Het Hof van Justitie heeft destijds zich niet uitgelaten over de vraag of hetzelfde geldt voor de Nederlandse woningcorporatie.

Nadien is er een lange discussie geweest over de vraag of een woningcorporatie wel of niet voldoet aan de definitie van een publiekrechtelijke instelling. Uiteindelijk heeft Nederland op 16 april 2015 de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting gepubliceerd. Middels een amendement[4] is voorkomen dat de Minister geen aanwijzing kan verstrekken voor zover die aanwijzing betrekking heeft op het plaatsen van opdrachten.

Voor de Commissie was dit echter niet voldoende. In december 2017 ontving Nederland een eerste aanmaningsbrief, gevolgd door een tweede aanmaningsbrief in januari 2019. In het nu gepubliceerde advies zet de Commissie uiteen dat Nederland nog twee maanden de tijd heeft om te voldoen aan de richtlijnen. Als Nederland dat niet doet, zal de Commissie de zaak voorleggen aan het Hof van Justitie. Het Hof van Justitie zal in dat geval uiteindelijk meer duidelijkheid moeten geven over hoe het nu verder moet.

Voor woningbouwcorporaties is het van belang dat zij zich realiseren wat de gevolgen voor de bedrijfsvoering zijn als het Hof van Justitie uiteindelijk oordeelt dat woningcorporaties publiekrechtelijke instellingen zijn. Een dergelijk oordeel kan onder omstandigheden ook terugwerkende kracht hebben Dat zou in het ergste geval betekenen dat in het verleden gesloten overeenkomsten opnieuw tegen het licht gehouden kunnen (en misschien wel moeten) worden.

Voor de komende periode betekent dat, dat woningcorporaties er goed aan doen om de nog te sluiten overeenkomsten van bepalingen te voorzien die afhankelijk van de uitkomst van dit geschil voorzien in een passende oplossing. Wij helpen u hier graag bij.

Voor vragen of advies kunt u contact opnemen met Constantijn de Lange.

[1] https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/nl/inf_21_2743

[2] https://eur-lex.europa.eu/legal-content/nl/TXT/?uri=CELEX:32014L0023

[3] https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=celex%3A32014L0024

[4] https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33966-30.html

Contact

  • 050 314 0 840
  • [email]

Blog